Het mooie aan holisme is de erkenning dat er veel is dat we nog niet weten. Bestaat er een groter plan? Geen idee. Is er een god? Misschien wel, misschien niet. Leven na de dood? Wie zal het zeggen. Iedereen mag geloven wat hij wil, maar zolang we het niet zeker weten, laten we ons er niet gek door maken. We houden alle opties open, maar gaan ons er verder niet druk om maken.

Wat we wél zeker weten, is dat we hier nu zijn. En wat holisten proberen te bewijzen, is dat alles een functie heeft binnen het grotere geheel. Dus in plaats van ons te verliezen in eindeloze theorieën, richten we ons op wat er wél is: het leven zelf. We zoeken naar overeenkomsten om elkaar te verbinden en naar verschillen om van elkaar te leren. Waarom zijn we anders? Wat kunnen we ermee? Hoe passen onze resultaten het in het grotere plaatje?

Dat soort onderzoekjes naar het hoe en waarom van het leven—dat is waar holisme écht om draait. Het is een avontuur, een detectiveverhaal waarin we veronderstellen dat het de unieke taak is van mensen om deze puzzelstukjes te vinden, én te leggen. En als Einstein gelijk had toen hij zei: We weten nog steeds niet één duizendste van één procent van wat de natuur ons heeft geopenbaard, dan is er werk aan de winkel!